Antwoord 1
De baby is te jong om de puzzel te begrijpen. Puzzels vereisen een bepaald niveau van visuele en ruimtelijke inzicht, dat baby’s pas later in hun ontwikkeling ontwikkelen.
Antwoord 2
De baby is niet geïnteresseerd in de puzzel. Baby’s zijn vaak meer geïnteresseerd in de wereld om hen heen dan in abstracte concepten zoals puzzels.
Antwoord 3
De baby is niet in staat om de puzzel te maken. Puzzels kunnen moeilijk zijn voor baby’s, vooral als ze veel stukjes hebben.
Antwoord 4
De baby heeft geen puzzelmateriaal. Baby’s kunnen geen puzzels maken als ze niet het juiste materiaal hebben.
Antwoord 5
De baby heeft geen volwassene om hem of haar te helpen. Baby’s kunnen puzzels moeilijker maken als ze ze alleen moeten maken.
Antwoord 6
De baby is niet gemotiveerd om de puzzel te maken. Baby’s moeten gemotiveerd zijn om puzzels te maken, anders zullen ze er niet mee bezig zijn.
Volledige zin
Weer een baby die zodoende niets van die puzzel snapt, omdat hij of zij te jong is, niet geïnteresseerd is, niet in staat is, geen puzzelmateriaal heeft, geen volwassene om te helpen, of niet gemotiveerd is.
Antwoord
Het is moeilijk te zeggen welk antwoord het meest waarschijnlijk is, zonder meer informatie. Het kan zijn dat de baby een combinatie van factoren ervaart.