De overgang van een vaste stof naar een vloeistof noemt men smelten.
De temperatuur waarbij een vaste stof smelt, heet het smeltpunt.
Bijvoorbeeld:
- Water smelt bij 0 graden Celsius.
- IJzer smelt bij 1538 graden Celsius.
- Goud smelt bij 1064 graden Celsius.
De omgekeerde overgang, van vloeistof naar vaste stof, noemt men stollen.