De periode waarin hazen en konijnen paren staat bekend als de paartijd, of ook wel de paarseizoen genoemd. Deze periode valt meestal in de lente, van februari tot en met september, afhankelijk van de soort en de regio waar de dieren leven.
Tijdens het paarseizoen zijn hazen en konijnen extra actief en op zoek naar een partner om mee te paren. Ze laten dit vaak merken door luidruchtig gedrag, zoals stampen met hun poten of door te rennen en te springen in het rond. Ook maken ze gebruik van geurstoffen om hun aanwezigheid kenbaar te maken aan potentiële partners.
Het paren zelf gebeurt meestal snel en is vaak een luidruchtige aangelegenheid. Het mannetje zal het vrouwtje besnuffelen en achtervolgen totdat ze klaar is om te paren. Vervolgens zal het mannetje het vrouwtje bespringen en vindt de daad plaats.
Na de paring duurt het meestal enkele weken voordat het vrouwtje bevalt van haar jongen. Hazen en konijnen staan bekend om hun grote worpen, die kunnen variëren van enkele tot tientallen jongen per keer.
Het paarseizoen is een belangrijke periode voor hazen en konijnen, omdat het zorgt voor de voortplanting en het voortbestaan van de soort. Het is dan ook belangrijk om deze dieren met rust te laten tijdens deze periode, zodat ze ongestoord hun gang kunnen gaan en hun jongen veilig kunnen grootbrengen.