De RMS Titanic was een Britse passagiersschip dat op 15 april 1912 zonk in de noordelijke Atlantische Oceaan, na een botsing met een ijsberg tijdens haar eerste reis van Southampton naar New York City. Er waren naar schatting 2.224 mensen aan boord en meer dan 1.500 kwamen om het leven, waardoor het een van de dodelijkste commerciële vredestijd op zee in de moderne geschiedenis is.
De Titanic was het tweede schip in de Olympic-klasse van oceaanliners, en was op het moment van de bouw het grootste schip ter wereld. Ze werd beschouwd als het toppunt van luxe en werd uitgerust met de nieuwste technologieën, waaronder een draadloze telegraaf, zwembaden en een gymnasium.
De Titanic vertrok op 10 april 1912 uit Southampton en stopte in Cherbourg, Frankrijk en Queenstown, Ierland, voordat ze op weg ging naar New York. Op 14 april 1912, om 23.40 uur, raakte het schip een ijsberg en leed het schade aan haar stuurboordromp. Het schip begon te zinken en binnen drie uur was het gezonken.
Er waren niet genoeg reddingsboten voor iedereen aan boord en degenen die als eersten evakueerden waren voornamelijk vrouwen en kinderen. Veel mannen, waaronder de kapitein van het schip, Edward Smith, gingen ten onder met het schip.
De zinking van de Titanic was een schokkende gebeurtenis die de wereldwijde aandacht trok. Het leidde tot nieuwe voorschriften voor maritieme veiligheid, waaronder de eis dat schepen voldoende reddingsboten voor iedereen aan boord moeten hebben.
De zinking van de Titanic is het onderwerp geweest van talloze boeken, films en liederen. Het blijft een van de meest tragische en beroemde maritieme rampen in de geschiedenis.