De oude schrijver is vergeetachtig, hij weet niet meer waar zijn pen ligt. Het is een triest gezicht, de man die ooit zo vol ideeën zat en prachtige verhalen kon vertellen, is nu de weg kwijt in zijn eigen gedachten.
Het is moeilijk om te zien hoe de tijd zijn tol epeist van deze eens zo briljante geest. Zijn geheugen laat hem steeds vaker in de steek en hij raakt steeds meer verstrikt in zijn eigen gedachten.
De oude schrijver heeft geen idee meer waar hij zijn pen heeft gelaten. Hij doorzoekt zijn hele huis, maar kan hem nergens vinden. Zijn bureau ligt bezaaid met papieren en notitieboekjes, maar de pen ontbreekt. Het lijkt alsof hij zijn grip op de werkelijkheid aan het verliezen is.
Zijn familie maakt zich zorgen om hem. Ze zien hoe hij steeds meer in zichzelf gekeerd raakt en de wereld om hem heen lijkt te vervagen. Ze proberen hem te helpen, maar het lijkt alsof de oude schrijver langzaam wegzakt in een mist van vergetelheid.
Het is een tragisch einde voor een man die ooit zoveel talent had en zoveel mensen wist te raken met zijn woorden. De oude schrijver is nu een schaduw van zichzelf, een herinnering aan wat ooit was.
Het is een trieste waarheid dat de tijd onverbiddelijk is en niemand eraan kan ontsnappen. De oude schrijver is vergeetachtig en weet niet meer waar zijn pen ligt. Het is een droevig einde van een schrijver wiens woorden ooit de harten van velen wisten te raken.