The phrase “Daar Zingt Het Nachtegaaltje In Het” is the first line of the Limburgs volkslied (Limburgian folk song), which is the unofficial anthem of the Limburg province in Belgium and the Netherlands. The full line is:
Waar in ‘t bronsgroen eikenhout, ‘t nachtegaaltje zingt
It translates to:
Where in the bronze-green oak wood, the nightingale sings
The song is a celebration of the beauty of Limburg, its natural landscape, its people, and its culture. The nightingale is a symbol of springtime and new beginnings, and its song is a reminder of the hope and promise of the future.
The song was written in 1859 by the Belgian poet and writer Theodoor Dorrenboom (1825-1886). It was originally set to music by the Dutch composer Jean-Baptiste van Bree (1801-1875). The song quickly became popular in Limburg, and it was officially adopted as the province’s anthem in 1919.
The Limburgs volkslied is a beloved song in Limburg, and it is often sung at public gatherings and events. It is a source of pride for the people of Limburg, and it is a reminder of their shared history and culture.
Here is the full text of the Limburgs volkslied in Dutch:
Waar in 't bronsgroen eikenhout,
't Nachtegaaltje zingt;
Over 't malse korenveld,
't Lied des leeuweriks klinkt;
Waar de brede stroom der Maas,
Statig zeewaarts vloeit;
Weeldrig sappig veldgewas,
't Groene heuvelland doorspoelt;
Daar is Limburg, mijn vaderland.
Refrein:
Limburg, mijn vaderland,
Schoon en heerlijk land;
'k Heb je lief met heel mijn hart,
'k Ben fier op U, mijn stam.
Waar de blonde Maasstroom kronkelt,
Door het golvende land;
Waar de Voerstreek's heuvels rijzen,
Tot den hoogen rand;
Waar de Jeker statig vloeit,
Door het Maasdal heen;
Waar de Roer, in zilv'ren stroom,
Spiegelt d'ouden burcht vanheen;
Daar is Limburg, mijn vaderland.
(Refrein)
Waar de taal der vad'ren klinkt,
Met haar heldren klank;
Waar men kloek en fier van aard,
Eerlijk handwerk zwaait;
Waar men God en vaderland,
Hoogt in eere houdt;
Waar men trouw en vriendschap mint,
En den naaste hulp betoont;
Daar is Limburg, mijn vaderland.
(Refrein)