Roofdieren komen over de hele wereld voor, in een verscheidenheid aan habitats, van de ijzige toendra tot de vochtige tropen. Enkele veelvoorkomende leefgebieden van roofdieren zijn:
- Bossen: Bossen bieden een verscheidenheid aan voedsel en beschutting voor roofdieren , zoals herten, elanden en konijnen. Bomen bieden ook uitkijkpunten van waaruit roofdieren hun prooi kunnen bespieden.
- Graslanden: Graslanden zijn het thuis van veel grazende dieren, zoals zebra’s, gnoes en gazellen. Deze dieren vormen een belangrijke voedselbron voor roofdieren zoals leeuwen, luipaarden en cheeta’s.
- Woestijnen: Woestijnen zijn een uitdagende omgeving voor roofdieren , maar er komen nog steeds een aantal soorten voor, zoals coyotes, vossen en slangen. Deze roofdieren zijn aangepast aan het droge klimaat en kunnen lange tijd zonder water.
- Toendra: De toendra is de koudste en droogste bioom op aarde, maar er leven nog steeds enkele roofdieren, zoals ijsberen en poolvossen. Deze roofdieren zijn bedekt met dik bont om ze warm te houden en hebben speciale aanpassingen om te jagen in de sneeuw en het ijs.
- Arctische gebieden: Arctische gebieden zijn de thuisbasis van een verscheidenheid aan roofdieren, waaronder ijsberen, poolvossen en wolven. Deze roofdieren zijn goed aangepast aan de koude en hebben een dik pels om ze warm te houden.
Roofdieren spelen een belangrijke rol in ecosystemen door de populaties van prooidieren onder controle te houden. Dit helpt om ervoor te zorgen dat er een gezond evenwicht is tussen planten en dieren in een ecosysteem.