“Wat was hij zuinig op zijn stier”
In het pittoreske dorpje aan de rand van de weilanden woonde een boer die ontzettend zuinig was op zijn stier. De stier was zijn trots en hij zorgde er dan ook voor dat het dier niets tekort kwam. De boer gaf de stier elke dag vers hooi en water, en zorgde ervoor dat het dier genoeg beweging kreeg in de ruime weide.
De stier was een imposant beest, met zijn grote hoorns en gespierde lichaam was hij een ware blikvanger in het dorp. De boer was dan ook trots als een pauw wanneer hij met zijn stier door de straten liep en de bewonderende blikken van de dorpsbewoners zag.
Maar de boer was niet alleen zuinig op zijn stier vanwege zijn uiterlijk, het dier was ook van onschatbare waarde voor het boerenbedrijf. De stier zorgde voor nakomelingen en was daarmee essentieel voor de voortgang van het bedrijf. De boer wist dan ook dat hij goed moest zorgen voor zijn stier om ervoor te zorgen dat het boerenbedrijf kon blijven voortbestaan.
Elke ochtend en avond ging de boer naar de stal om de stier te voeren en te verzorgen. Hij sprak zachtjes tegen het dier en aaide over zijn imposante kop. De stier leek de liefdevolle aandacht van de boer te waarderen en was altijd rustig en gehoorzaam.
Op een dag kreeg de stier echter een ziekte en de boer was ten einde raad. Hij riep de hulp in van de dierenarts en zorgde ervoor dat de stier de beste zorg kreeg die er maar mogelijk was. De boer was dag en nacht in de weer om zijn geliefde stier te verzorgen en te troosten.
Gelukkig kwam de stier er na verloop van tijd weer bovenop en de boer was dolgelukkig. Hij besefte maar al te goed hoeveel de stier voor hem betekende en hoe belangrijk het was om goed voor zijn dieren te zorgen.
Vanaf die dag was de band tussen de boer en zijn stier nog sterker geworden. De boer was nog zuiniger op zijn stier en zorgde ervoor dat het dier niets tekort kwam. De stier op zijn beurt leek de dankbaarheid van de boer te voelen en was altijd gehoorzaam en liefdevol naar zijn baasje toe.
En zo leefden de boer en zijn stier nog lang en gelukkig, samen in harmonie en met wederzijds respect voor elkaar. De boer wist dat hij een bijzonder dier had en koesterde de band die hij met zijn stier had opgebouwd. Want wat was hij zuinig op zijn stier.